Annemarie Slobbe (1990) wil in haar tekeningen en schilderijen een gevoel van tijdelijkheid oproepen. Zwarte gaten, diepe waterkolken of reflecterende hemellichamen, sublieme beelden waarin je je kan verliezen zodat de tijd en de ruimte om je heen neutraliseren. Daarvoor werkt ze veelvuldig met ritmische patronen die ze over het hele doek of papier laat woekeren als een organisme dat zelfstandig lijkt te groeien. Haar minutieus uitgevoerde werk balanceert tussen sturing en toeval, tussen regie en het verliezen van controle. Een kleine onregelmatigheid tijdens het tekenen of de weerslag van stug materiaal kan ervoor zorgen dat haar vooropgezette patroon wordt doorbroken en het beeld al werkend verandert. Om die levendigheid in het uiteindelijk schilderij te versterken werkt Slobbe met materialen die vanuit verschillende perspectieven en onder verschillende lichtomstandigheden veranderen. Ze maakt gebruik van de reflectie en glans van grafiet, is zich in haar schilderijen bewust van de richting van de kwaststreek waardoor het licht anders weerkaatst en werkt soms met speciale metaalhoudende verf waardoor het oppervlak letterlijk zindert en de ruimte eromheen het werk voortdurend verandert. Slobbe wil met haar werk de cyclus van de natuur en de natuurlijke en onontkoombare loop der dingen verbeelden. “Het leven is als een stroom waarin je meegevoerd wordt. We kunnen deze stroom doormaken terwijl we huilen, schoppen en schreeuwen, maar de stroom verandert niet. Waar we wel controle over hebben is onze omgang met de dingen in het leven. We kunnen verkiezen rustig te blijven in de geest, het lot proberen te accepteren.”
Tekst: Esther Darley