Mogelijk gemaakt

Het vuur doorgeven

Het vuur doorgeven

Centraal Museum, Utrecht Bekijk de website
Regeling: Erfgoed Innovatie Jaar van toekenning: 2015

Het Centraal Museum ontwikkelt samen met vier Utrechtse onderwijsinstellingen een doorgaande lijn van creatief onderwijs, op basis van ervaringen opgedaan met de Werkplaats-aanpak van het Centraal Museum.

Thema’s: educatie, publieksbereik, zichtbaarheid, wetenschap
Deelnemende partijen: Agatha Snellenschool (primair onderwijs), X11 school voor grafimedia (VMBO), Grafisch Lyceum Utrecht, GLU (MBO), HKU beeldend (HBO)
Bijdrage Mondriaan Fonds:  €95.240

ERVARINGEN BIJ SAMENWERKEN:
Onderwijs verbindt het museum aan de stad

In het project Het vuur doorgeven ontwikkelt het Centraal Museum Utrecht samen met vier scholen verschillende vormen van creatief onderwijs. De basis is haar werkplaats-aanpak, de tijdelijke ateliers waarbinnen bezoekers zelf iets mogen maken. Volgens directeur Edwin Jacobs “draagt actief leren bij aan het beter onthouden van kennis”.
(tekst Edo Dijksterhuis)

Dit project beperkt zich niet tot één onderwijstype of –niveau. Hoe beïnvloedt dat de uitkomst?
“We wilden niet alleen samenwerken met het VMBO maar ook met het primair onderwijs, HBO en WO. Hoe creativiteit binnen het onderwijs wordt uitgewerkt, verschilt per schooltype. In het primair onderwijs, bijvoorbeeld, is creativiteit een leerprincipe dat je kunt toepassen op rekenen of verkeersregels. Binnen het HBO is het gelinkt aan een specifieke leerweg. Dan gaat het om mode, vormgeving en cultureel ondernemerschap.”

Hoe is het project ontwikkeld?
“De tweejarige pilot was kleinschalig. We hebben ons binnen een school eerst gefocust op één groep docenten, één groep leerlingen en één bestuurder. Dan kun je uitvinden wat wel werkt en wat niet, en hoe je creativiteit kunt inpassen in het onderwijsprogramma. Bovendien creëer je zo eigenaarschap.”

Welke lessen kunnen uit dit project getrokken worden?
“Binnen het museum is de werkplaats onderdeel van een tentoonstelling, met professionele begeleiding en gericht op een afgebakend onderwerp. In een onderwijscontext werkt dat niet zo en zijn er ook nog verschillen per schooltype. In het primair onderwijs waar leerlingen de hele dag in hetzelfde lokaal zitten, werkt dat bijvoorbeeld anders dan in het kunstvakonderwijs waar je te maken hebt met verschillende locaties, docenten die eigen accenten leggen, en het onderscheid tussen kunst en vormgeving.”

Wat is de winst van dit project voor het museum?
“De zichtbaarheid van het museum buiten onze eigen muren is enorm toegenomen. Onderwijs is een essentiële schakel richting de stad. Een school is onderdeel van een wijk en heeft connecties met vrijwilligers en verenigingen – dat raakt ook het museum. En de profilering van het museum binnen scholen geeft mensen het gevoel dat ze altijd terecht kunnen in het museum.”

Hoe gaat het project verder?
“De werkplaatsaanpak is voor ons een belangrijk uitgangsprincipe. We werken nu met vier scholen, die vormen de kern. Maar we willen in de komende beleidsplanperiode doorgroeien, tot een verviervoudiging van het huidige aantal. Rabobank Utrecht heeft al financiële ondersteuning toegezegd.”