Click here for English
Door een grote hoeveelheid aan zelfportretten is schilder Koos de Vries (1993) heel zichtbaar in zijn eigen oeuvre. Zijn kenmerkende dunne snor en schouderlange haren zijn ook direct te herkennen in het tweeluik dat hij op Prospects toont. We zien hem eerst in bad liggen. “Op een katerige ochtend voelde ik een onredelijke schaamte over de vorige avond, ik kon me wel voor het hoofd slaan.” Dat laatste zien we op het tweede schilderij daadwerkelijk gebeuren: de schilder heft als een hercules-achtige figuur zijn knots boven het derde zelfportret op dit tweeluik. De Vries: “Een manier om met emoties als schaamte om te gaan, is om het tot onderwerp van mijn werk te maken”.
Het lukt De Vries ook om over angsten heen te stappen waar het over zijn eigen kunstenaarspraktijk gaat. Tijdens het schilderen merkte hij dat hij regelmatig aan grote namen uit de kunstgeschiedenis dacht, wat verlammend kon werken. Hij besloot om naast het werken met olieverf de airbrush op te pakken. In dat medium heeft zich volgens hem tot nu toe geen meester aangediend, wat hem de vrijheid geeft een eigen stijl te ontwikkelen en te “bluffen” zoals hij dat zelf zegt. Hij vergelijkt zichzelf met 17e-eeuwse schilders die een gespierde Hercules moesten weergeven zonder dat ze daar goede anatomische voorbeelden van kenden, waardoor ze vrij willekeurig spierbundels op het lichaam plaatsten. “Elke kunstenaar bluft wanneer die een realiteit nabootst die er niet is. Hoe beter je kunt bluffen, hoe beter het schilderij.”
Tekst: Jorne Vriens