Click here for English
Het vierkant komt overal terug in het werk van Milah van Zuilen (1998). In het bos sprokkelt ze boomschors en bladeren bij elkaar, die ze in haar atelier tot vierkanten snijdt. Die vormen verwerkt ze vervolgens tot een raamwerk of een raster, wat een veld van groen- en bruin tinten oplevert.
Van Zuilen koos voor het vierkant omdat deze vorm voor haar de menselijke aanwezigheid in het landschap kenmerkt. De ecologie is een inspiratiebron en een studieonderwerp voor Van Zuilen. Aan de Universiteit van Wageningen volgt ze namelijk de opleiding Forest and Nature Conservation. Vanuit die kennis legt ze de tegenstellingen in haar werk uit: “In Nederland zijn er veel akkers die tot nette rechthoeken zijn verkaveld en bossen die in nette lijnen worden aangeplant. Deze vormen zijn opgelegd vanuit een menselijke behoefte aan orde, zonder dat er rekening is gehouden met wat er op de grond leeft en kronkelt. Dat levert een monocultuur op.”
Op Prospects presenteert Van Zuilen haar grootste werk van schors en bladeren tot nu toe. Die schaal is een verwijzing naar de enorme lappen grond die verkaveling heeft opgeleverd en die alleen vanuit de lucht goed waarneembaar zijn. Bij de classificatie van planten worden soorten ook in afzonderlijke hokjes ingedeeld, en ook de cartografie past harde lijnen en grids toe om grenzen te trekken in het landschap. Het werk van Van Zuilen verwijst naar die begrenzing en ordening, maar zoekt ook naar de samenhang tussen soorten, waarmee het werk zelf ontsnapt aan rigiditeit.
Tekst: Jorne Vriens